Grens van maatregelen in bijstand is bereikt
Het college van B&W weigert te stoppen met het bedenken van ridicule maatregelen om de bijstand te beperken. Dat is de belangrijkste conclusie van het debat over de Meerjarige Aanvullende Uitkering (MAU) in de Stedelijke raadscommissie van dinsdag 9 december.
Enschede heeft veel mensen in de bijstand en dat kost de gemeente veel geld. Om de pijn wat te verzachten, heeft het Rijk een compensatiepotje voor zogenoemde ‘herverdeeleffecten’. Elke gemeente krijgt niet op basis van het aantal bijstandsgerechtigden, maar op basis van een verdeelmodel middelen toegekend. Voor sommige gemeenten pakt dat verdeelmodel goed uit, voor bijvoorbeeld Enschede minder.
Voorwaarde voor compensatie van het Rijk is dat we ons best moeten doen om de bijstand terug te dringen. Daarvoor moeten extra maatregelen worden genomen, waarbij het Rijk elke keer beoordeelt of we wel genoeg doen.
Wat de PvdA betreft, is de grens van wat we kunnen doen bereikt. We doen al echt alles wat we kunnen en dat kunnen we ook aan ‘Den Haag’ laten zien. Daarvoor hoeven we niet ook nog eens stompzinnige maatregelen in te voeren die de zwaksten in onze stad hard raken. De wethouder denkt echter dat hij daar een stap verder in moet gaan, en daar botsten de inzichten behoorlijk.
Uit het raadsvoorstel blijkt bovendien dat de daarin voorgestelde maatregelen bij lange na niet voldoende zijn om het tekort terug te dringen tot de eisen van de MAU. Klaarblijkelijk is onze koker met briljante ideeën om de kosten van de bijstand op korte termijn terug te dringen helemaal leeg.
Van de vijf maatregelen die nu worden voorgesteld, heeft geen enkele zonder meer onze steun:
- Het invoeren van wettelijke incassorente. Als uitkeringsgerechtigden in gebreke blijven bij hun aflossingsverplichting gaat hun rente omhoog. Maar als mensen niet betalen, dan kunnen we de rente met 1000 procent verhogen, dan kunnen ze het nóg niet betalen. De maatregel levert bovendien bijna niets op, maar is wel ingrijpend.
- Onderhoudsplicht niet-erkende kinderen. Het college wil bijstandsvaders en -moeders van niet-erkende kinderen gaan aansporen, als de andere ouder bekend is, deze op te sporen om te zorgen dat hij of zij bijdraagt in de kosten. Nu is alles wat te maken heeft met het erkennen van kinderen erg gevoelig, en gaat het over zowel plichten als rechten. Als gemeente is het dan ook niet verstandig om op één aspect in te grijpen. Bovendien levert ook deze maatregelen bijna niets op.
- Aanpassen sanctiebeleid. Afgelopen week liet de nationale ombudsman al horen dat het verhogen van sancties de verkeerde groep treft. Niet de mensen die willens en wetens de boel belazeren, die moeten zeker aangepakt worden, maar juist de groep die welwillend is maar fouten maakt in de procedure.
Het enorme bedrag dat hiermee bespaard kan worden, zo’n 900.000 euro, roept ook de vraag op of er niet gerichter kan worden bespaard, met wellicht minder besparingen, maar ook leidend tot minder risico op schuld bij de doelgroep. Zo voorkomen we dat straks nog meer mensen op Stadsbank en Voedselbank zijn aangewezen. Want dat is namelijk verschuiven van het probleem. - Invoeren van de verplichting van 1,5 uur reistijd. Wat hierbij meespeelt, is de verhouding reiskosten en hoogte van het salaris. De wethouder verwijst in zijn onderbouwing naar hogeropgeleiden die op grotere afstand werken. Dat doen en kunnen zij, omdat er ook een hoog salaris tegenover staat. Bij een minimumloon is 25 euro per dag aan, alleen nog maar, benzinekosten geen reële optie.
- Verlagen grens verplichte verkoop woning. Eerder al zagen we dat de maatregel voor pensioengerechtigden is geschrapt. Gelukkig. Maar er zijn ook veel mensen die voor hun oude dag sparen door overwaarde te creëren op hun woning.
In het ergste geval laten we mensen dus hun oudedagsvoorziening opeten en verplicht verhuizen. Ze krijgen er dan ook nog hogere woonlasten voor terug, die we als overheid weer moeten betalen door huurtoeslag. Voor die vijf gevallen die het betreft, moeten we dit niet willen. Ook deze maatregel grijpt hevig in en levert maar heel weinig op.
Kortom, in de raadsvergadering van maandag 15 december, waar besluitvorming over de maatregelen moet plaatsvinden, is nog wat reparatiewerk te doen. Ook als het niet lukt het gehele pakket aan maatregelen van tafel te krijgen, hopen we in ieder geval wel de scherpe randjes weg te nemen.