Door op 3 juni 2015

Strijden tegen tweedeling tussen hoger- en lager opgeleiden

“Samen één, de sociaaldemocratische bindingsopdracht”. Dat was het centrale thema van de Politieke Ledenraad die zondag 31 mei plaatshad in Utrecht.

Het draaide allemaal om integratie en binding, een uitvloeisel van het Van Waarde-project. De ruim 400 afgevaardigden en individuele belangstellenden konden kiezen uit vier actuele bindingsopdrachten die werden behandeld in discussiegroepjes.

Ik sloot mij aan bij de groep die zich bezighield met het thema “Weg met de nieuwe onderwijs-standenmaatschappij”. Daar stond de vraag centraal hoe we kunnen bijdragen aan meer gelijke kansen in onderwijs en op de arbeidsmarkt voor mensen met uiteenlopende opleidingsniveaus?

Voordat we hiermee aan de slag gingen kregen we van onze landelijk voorzitter Hans Spekman nog een indringende boodschap mee. Hij stelde dat de oude zuilenmaatschappij heeft plaatsgemaakt voor een nieuwe.

Er is sprake van een groep hogeropgeleiden die met elkaar omgaan, trouwen en kinderen krijgen die meer kansen hebben en ook weer hoger opgeleid worden. Daarnaast ontstaat er een “klasse” van mensen die lager opgeleid zijn, die met elkaar omgaan, trouwen en kinderen krijgen die minder kansen hebben en ook bescheiden worden opgeleid.

Het is aan de PvdA om ervoor te zorgen dat de kloof tussen die 2 groepen niet onoverbrugbaar wordt. Wij moeten zorgen voor de “ontmoeting”. Zo was de toon gezet voor de middag.

Weg met de nieuwe onderwijs-standenmaatschappij
In de themasessie “Weg met de nieuwe onderwijs-standenmaatschappij” leverde Jan van Zijl, oud Tweede Kamerlid PvdA en nu voorzitter van de MBO-raad, een bijdrage die de ogen opende. Hij constateerde dat tegenwoordig iedereen die goed kan leren, die kennis ook vergaart en tot de groep hogeropgeleiden behoort. Geen wonder dat deze mensen ook meestal de bestbetaalde banen krijgen.

Wie minder goed kan leren en over weinig maatschappelijk gewaardeerde talenten beschikt, heeft nog maar weinig kans op een “opwaartse loopbaan” die perspectief biedt op een mooie maatschappelijke positie.

Van Zijl waarschuwt voor een gelaagde samenleving met een onderlaag van “nikshebbers” en een bovenlaag waar alles samenkomt dat toegang tot welvaart verschaft.
Hij vindt dat op alle onderwijsniveaus kritischer gekeken moet worden naar de instroom. Cruciaal daarbij is volgens hem de positie van de havo. Veel te veel kinderen halen met hangen en wurgen het havodiploma en kunnen daarna op het HBO het vereiste niveau nauwelijks aan.

Voor deze kinderen zou naar zijn mening een route via het MBO veel beter zijn. Hij stelde voor om de hoogste niveaus van VMBO en Havo aan elkaar te plakken. Een maatwerkdiploma bepaalt dan welk vervolgonderwijs gekozen kan worden. Een ander voordeel bij deze nieuwe opzet is dat kinderen niet meer op 12-jarige leeftijd een keuze hoeven te maken die sterk bepalend is voor hun verdere ontwikkeling en arbeidsmarktperspectief.

Meer vaardigheden aanleren
Verder hield Van Zijl een pleidooi voor het aanleren van vaardigheden die belangrijk zijn voor een succesvolle deelname aan de steeds complexer wordende samenleving. Dan gaat het om persoonlijkheidsvorming, sociale vaardigheden en het leren omgaan met snelle veranderingen. Dit is juist essentieel voor kinderen uit kwetsbare milieus.

Bij deze themasessie zaten veel PvdA-ers die met ervaringen en voorbeelden kwamen uit de dagelijkse praktijk van onderwijs aan kwetsbare kinderen. Breed gedeeld werd de mening dat er meer waardering moet zijn, ook bij de politiek, voor mensen met praktische vaardigheden.

Als voorbeeld bracht ik het succesvolle 1000-banenplan voor kwetsbare jongeren in van de provincie Overijssel. Dit door de PvdA gelanceerde plan zorgde ervoor dat in de afgelopen statenperiode inderdaad 1000 jongeren (met jeugdzorg) aan de bak kwamen bij uiteenlopende bedrijven. Tweede Kamerlid Tanja Jadnanansing, woordvoerder beroepsonderwijs, was daarvan onder de indruk en vond dat zo’n 1000-banenplan voor jongeren navolging verdient.

En hoe nu verder met die nieuwe zuilenmaatschappij? Ja, daar moeten we nog flink over door discussiëren. Er kwamen wel een paar interessante tips, zoals deze: PvdA-ers moeten actiever worden in organisaties waar de hoger- en lager opgeleiden elkaar ontmoeten en samenwerken, bijv. bij sportverenigingen.

Samsom droomt over verzorgingsstaat
Onze politiek leider Diederik Samsom sloot de Politieke Ledenraad af met een toespraak waarin hij hardop droomde over een verzorgingsstaat die ook voor onze kinderen nog iets kan betekenen. Daarvoor knokt hij en daarom zitten we in dit kabinet.

De PvdA kiest niet voor de gemakkelijke weg en schuift de rekening van de economische crisis niet door naar de toekomst, naar onze kinderen. Een nieuw belastingplan is nodig om arbeid goedkoper te maken en voor meer investeringen te zorgen in de maakindustrie en het Middelbaar Beroepsonderwijs.