Otwin van Dijk: zorg die nodig is, blijft verleend worden
Door Edwin Broekman
“Niemand hoeft in de piepzak te zitten over de vraag of hij, als het werkelijk nodig is, zorg verleend zal krijgen. De zorg aan je lijf is verzekerd, het kost je geen eigen bijdrage en er is geen eigen risico. Toch maakt iedereen zich zorgen over de zorg terwijl dat niet echt nodig is.’ Deze toezegging komt van Otwin van Dijk, Tweede Kamerlid van de PvdA tijdens een regiobijeenkomst van de PvdA in Zwolle op zaterdag 27 september.
‘Geen land in Europa geeft zoveel geld uit aan de zorg en dat zal ook wel zo blijven. Wat niet betekent dat het niet beter kan. Het moet kleinschaliger worden georganiseerd en vriendelijker. Niemand zit te wachten op de huidige protocollenterreur.“
Van Dijk stak een strak bij de praktijk aansluitend verhaal af waarbij hij, als rolstoelgebruiker, als ervaringsdeskundiger optrad. In de Tweede Kamer treedt hij op als fractiespecialist voor de zorg en daarom vecht hij tegen vooroordelen. “Wie wil er de regie uit handen geven als het gaat om zijn eigen welzijn”, vroeg hij zich af. “Wat is het nut van soms wel tien verschillende zorgverleners op één adres? Nog even en de zorgvrager heeft als belangrijkste taak het coördineren van het werk van al die zorgverlenende instanties die bij je aan de deur komen.”
Van Dijk bestreed allerminst dat er fors bezuinigd moet worden op de zorgkosten maar voegde er aan toe dat een zeer grote meerderheid in de Tweede Kamer instemt met de veranderingen. “We lopen al jaren te zeggen dat de kosten de pan uit rijzen, we zetten proefprojecten op en we testen nieuwe mogelijkheden. Daarom moeten we nu het lef hebben om door te pakken.”
Spannend en eng
Van Dijk gaf toe dat het zogenaamde transitietraject ‘best spannend en eng is’ maar noemde het een kans omdat de nieuwe wetgeving het mogelijk maakt dat de wensen van de cliënt leidinggevend wordt in plaats van de nu geldende protocollen. “De organisatie moet op wijkniveau worden ingericht waarbij er moet worden geluisterd naar de oplossingen die de cliënt zelf voor ogen heeft. De ervaring leert dat zij zelden overvragen maar slechts vragen om ondersteuning om een zo normaal mogelijk leven te kunnen leiden.”
Tijdens de bijeenkomst werd de leidende rol van de gemeenten nogmaals belicht. Volgens van Dijk moeten die niet de fout maken om de bestaande instituten over te nemen maar met slimme oplossingen komen die dicht bij de mensen staan om de zorg goedkoper en vooral beter te maken. “De gemeenten kunnen bijvoorbeeld in hun contracten met zorgleveranciers eisen dat er niet meer dan tien procent overheadkosten worden gemaakt. Nu kan dat wel oplopen tot vijftig procent omdat zorginstituten te groot zijn geworden met te veel duur betaalde managers die niets toevoegen aan het product. Eigenlijk kun je zorg niet door één overheid niet regelen omdat ‘Den Haag’ niet in de ogen van 16 miljoen Nederlanders kan kijken. Een wijkteam bestaande uit een wijkverpleger en een zorgambtenaar van de gemeente kunnen dat wel. Zij kunnen een plan op maat maken en daarbij de directe omgeving van de betrokkenen betrekken.”
Wij weten dat we het kunnen
Wethouder Nelleke Vedelaar van Zwolle vertelde dat zij niet de ervaring heeft dat het rijk de verantwoordelijkheid van de zorg achteloos over de schutting van de gemeenten heeft gegooid. “Wij hebben de handschoen opgepakt omdat wij weten dat wij het kunnen.” De gemeente Zwolle heeft in 2015 voor alle wijken teams opgezet die iedereen die een beroep op steun doet persoonlijk bezoeken. “In de eerste proefprojecten, bijvoorbeeld in Wythmen, hebben wij ervaren dat de buurt het als collectief oppakt. We merken dan dat de gemeenschap zich veel minder zorgen maakt over de toekomst omdat zij zijn gaan geloven in hun vermogen om het voor de buurt leefbaar te houden en mensen niet eenzaam of hulpbehoevend weg dreigen te kwijnen.”
Uit de toespraken bleek wel dat de mensen zeker veranderingen zullen merken. De tijd dat mensen achterover kunnen leunen omdat de overheid altijd alles oplost is voorbij. “We zijn in onze opvattingen eigenlijk de weg kwijt geraakt”, zei wethouder René de Vent van Hardenberg. “Dingen die we nog niet zo lang geleden zelf oplosten lijken nu op afroep gratis aan de deur geleverd te moeten worden. Dat is niet meer te betalen”, aldus de Vent.
De gemeente Hardenberg heeft daarom besloten dat de gemeente niet stelselmatig hulp in de huishouding zal betalen. “Wanneer in voorkomende gevallen uit de keukentafelgesprekken blijkt dat dat toch moet kan in individuele gevallen een beroep worden gedaan op de wet Bijzondere Bijstand. Daarvoor hoef je trouwens geen bijstandsuitkering te hebben; de regeling geldt voor iedereen.”
Wel realiseert hij zich dat de gemeenten nog veel beter moeten uitleggen waarom de veranderingen nodig zijn maar ook welk voordeel de burgers er uit kunnen putten. “Over 15 jaar ziet de zorg in Nederland er heel anders uit”, zei de Vent. “Dan is er een eind gekomen aan de grote, dure instituten en lossen de mensen hun problemen zelf op met ondersteuning van de overheid op maat, als het echt nodig is.”